Telefoneren en autisme

Gepubliceerd op 22 februari 2019 om 18:56

Waarom gaat telefoneren de ene persoon met autisme zo makkelijk af, terwijl dezelfde activiteit voor de andere persoon met autisme een bron van verwarring en stress is? Ik ben betrokken bij beide varianten en vraag me af wat er gebeurt wanneer die telefoon rinkelt. Ik vroeg het hen zelf.

Bram (15 jaar, pdd-nos) belt heel veel en heel makkelijk met veel verschillende mensen. Wanneer ik Bram vraag welke manier van communiceren (telefoneren, whats-appen, mailen, bezoek) het beste bij hem pas antwoordt hij :

 

"Bellen, dat vind ik een makkelijk manier van
communiceren met mensen" 


Bram belt liever met 3 verschillende mensen in één gesprek dan dat hij met ditzelfde groepje face to face contact heeft. Bram legt uit: 

 

" Ik vind het fijn dat mijn gesprekspartners niet kunnen zien
dat ik last heb van bewegingsonrust.
Wanneer zij dit wel zouden kunnen zien dan vraag ik mij af
wat ze daarvan vinden, dit maakt mij onzeker."

 

Heeft Bram dan moeite met alle soorten van face to face contact? Bram legt uit dat dit niet het geval is.

 

"Het ligt er maar net aan wat we gaan doen.
Wil een vriend alleen praten dan bel ik liever.

Ga ik bijvoorbeeld voetballen dan maak ik telefonisch de afspraak
maar ga ik ontspannen met hem voetballen.
Want heb ik een concrete activiteit dan wordt mijn
bewegingsonrust overgenomen door de activiteit en
kan ik makkelijk praten en hoef ik me niet
bezig te houden met wat de ander daarvan vindt. "

 

Wat is voor Bram het voordeel van bellen?

 

"Dan hoef ik niet helemaal naar iemand toe
te fietsen om met iemand te praten. 

 

Het plannen en organiseren van een activiteit of een bezoek kan veel stress opleveren en dat is logisch als je bedenkt dat mensen met autisme vaak een beperkte ontwikkeling hebben van de executieve functies. Als bellen jou dus voordeel oplevert dan kies hiervoor.

 

"Ik geef bellen de voorkeur tegenover whats -appen,
als ik iets sarcastisch bedoel dan kan de ander  dit letterlijk opvatten
terwijl mijn telefonische gesprekspartner dit gewoon kan horen."

 

Voor Bram is bellen dus geen enkel probleem. Bij iedereen met autisme  zit de mate van beperking in een ander ontwikkelingsgebied. Afhankelijk van welke gebied zal hij  op basis daarvan keuzes maken. Bij Bram lijken deze moeilijkheden vooral te zitten in het vermogen te kunnen plannen en organiseren. Bovendien heeft Bram behoefte aan een rustige en veilige plek waar hij zichzelf kan zijn met zijn bewegingsonrust. 
Het feit dat anderen iets van deze onrust kunnen vinden maakt dat hij zich hierdoor minder veilig voelt bij face to face contact. Behalve wanneer er een concrete taak is. Niet ingevulde tijd geeft onrust.

 

Bij het voeren van een telefoongesprek staat meestal vast dat je je gesprekspartner niet ziet. Als je dan bedenkt dat mensen met autisme vaak moeite hebben met non-verbale sociale informatie zou je zeggen dat dit een prima vorm van communiceren is. Toch geldt dit niet voor iedereen.

 

David (40 jaar pdd-nos)  heeft zoals hij zelf zegt een telefoon fobie. David vertelt wat er gebeurt als de telefoon gaat:

 

"Het begint als met het feit dat de telefoon gaat op een moment 
dat je het niet verwacht. Wie is het? Wat wil die persoon?"

 

Veel mensen met autisme kunnen minder goed omgaan met onverwachte situaties. Het brengt hen uit hun ritme. David hecht er grote waarde aan wanneer hij zijn taak waar hij mee bezig is af kan maken en dan wordt hij vanuit het niets gestoord door een telefoon die overgaat.
Het kost puzzeltijd om de ontbrekende informatie op een rij te krijgen, en die tijd is soms langer dan de telefoon over gaat.

 

"De vragen waar ik in mijn hoofd, voordat ik opneem, mee bezig ben
maken dat de telefoon al minimaal 6 keer is overgegaan"

 

In tegenstelling tot Bram heeft David liever face to face contact.

 

"Ik wil graag zien of iemand de boodschap
die ik uitspreek ontvangt. Als ik met iemand bel
dan weet ik niet hoe die ander er bij zit.
Of hij mij begrijpt.
Ook de stiltes tijdens een telefoongesprek vind
ik zo ongemakkelijk"

 

David mailt liever dan dat hij belt. De mail kun je goed voorbereiden. Er staat precies wat je wil zeggen. En als de lezer het net zo letterlijk neemt als David het bedoeld dan kan er geen misverstand over bestaan.
 

"Mailen doe ik overigens ook liever dan face to face contact of bellen.
In beide gevallen zijn stiltes funest voor mij,
ik weet me geen houding te geven. Geef me een taak
dat puzzelt makkelijker"

Twee mannen met autisme, twee verschillende gezichten. Het leert me maar weer eens dat de mens met autisme niet bestaat. Het is daarom zo goed en zo belangrijk te kijken en luisteren naar ieder individu. Zij leren mij echt wat autisme is en inhoudt.

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.